Nieuws

Kort overdwars in lockdown nr. 41

Over het weer

Ik wil het de hele week over het weer hebben. Over ijs dat smelt, regen, blubber op de weg en lentetemperaturen. En niet over pandemieën. Ik moet ineens aan mijn vader denken. Als een van ons, zus of ik, een precair onderwerp aansneden, of over onze spoken uit vroeger tijden wilde praten, zei hij altijd: ’Ik wil het alleen nog over het weer en de plantjes hebben.’ Dan viel het gesprek meestal stil. Want ja, keek ik naar buiten, de zon scheen en dat hadden we samen al vastgesteld. Of ik kon voor de zoveelste keer zeggen dat zijn plantjes op het balkon er mooi bij stonden. Ik hou wel van het weer, ik kan genieten van zowel de extremen, zoals storm, donderend onweer, een hittegolf en een dik pak sneeuw, als van zacht kabbelende lenteweken. Ik neem de overlast voor lief. Mijn vader hield ook van extreem weer. Met stormkracht 8 haasten we ons naar Scheveningen en stonden dan te schudden op de boulevard in de ‘lelijke eend,’ de Citroën 2CV, waar mijn vader in reed. Echte kou zoals vorige week, daar kan ik goed tegen. Maar als het nat kwakkel weer is met temperaturen van zo ongeveer 2˚ loop ik te bibberen met ijspegeltenen en kou blauwe vingers. Extreme hitte slaat me volledig lam, het is dan de kunst om gewoon helemaal niets te doen en het over je heen laten komen. Ineens begrijp ik mijn vader beter, in plaats van het over moeilijke onderwerpen te hebben, is het soms verfrissend om het alleen over het weer te hebben. Of over plantjes. Ik heb de drie grote kuipplanten, een oleander, de olijf en de echte laurier met de steekwagen uit de schuur gereden. Ze zijn door ons ‘gehard’ en kunnen wel tegen een stootje.

 18-02-2021
 Els Windau, Henk

pagina terug