Nieuws

Kort overdwars EXTRA 41, over het corona virus door Els Windau

De honden van mijn zus

Mijn zus is een echt hondenmens. Vanaf dat ze het huis uit ging heeft ze altijd honden gehad. Hond 1: Micky, een Yorkshire terriër, kon in een tas mee. Ze stierf rochelend tijdens een, door allerlei familieredenen historisch, etentje. Micky was ook nog eens racistisch, ze kefte hysterisch tegen mensen met een andere huidskleur. Hond 2: Vlinder was een zogenaamd vlinderhondje die wij in haar laatste dagen ‘ouwe heks’ noemden. Met een tandeloos bekkie gromde het kleine monster vervaarlijk tegen onze hond Bincky. Het zijn nooit vriendjes geworden. Hond 3: Tsjip, een Friese stabij, is begin deze week geëuthanaseerd. Elf jaar geworden. Een jaar geleden werd er kanker gediagnostiseerd. Chemo en een kapitaal aan pillen hebben het leven nog gerekt. Zus lief wilde dat Tsjip het huis, dat ze aan het bouwen waren, nog zou meemaken. Dat de hond nog op een kleed voor het raam van het uitzicht zou genieten. Het huis is net een half jaar af en nu ligt Tsjip dood in haar mand voor het raam. Mijn zus huilt als ik haar aan de telefoon heb, en ik huil met haar mee. Als mijn zus verdriet heeft, heb ik dat ook. Hond 4, de Heidewachtel Ulla, blijft nu alleen over. Dat moet toch eenzaam zijn voor zo’n beestje, Ulla is als pup opgegroeid met Tsjip. Het waren maatjes. Dag, lieve hond van mijn zus. Dag, lieve eigenwijze knuffel Tsjip. Ik zal je missen.

 27-05-2020
 Els Windau, Henk

pagina terug