Nieuws

Kort overdwars column nr. 405

Ochtendwandeling

Donderdagochtend, mistig en het zonnetje doet haar best om door te breken. Ik twijfel of ik aan de wandel ga. Op de een of andere manier kom ik moeilijk op gang de laatste tijd en wandel ik minder. Ik blijf te lang in de krant hangen. Donderdagmorgen laat ik de puzzels in het DvhN leeg, stap in mijn laarzen en denk aan een klein rondje, een Wiekje. Eenmaal buiten is het heerlijk fris en de natuur is prachtig. Door de zon beschenen boomkruinen lijken te zweven boven mistlagen op het land. Aan het eind van de wiek besluit ik tot een groot rondje. Mijn gedachten vliegen alle kanten op, van poëtische volzinnen naar praktische zaken als dat ik nog een stukje moet schrijven. Ik denk ook aan Marry, mijn buurvrouw tweede huis om de hoek, die deze week te jong is gestorven. We liepen de deur niet plat bij elkaar, we zaten samen in de literatuurclub, dronken af en toe (alleen in de zomer) een wijntje, maar hadden in de bijna twintig jaar dat we elkaar kenden ook een paar indringende gesprekken over onze kinderen en kleinkinderen. We waren leeftijdsgenoten, geen echte vriendinnen maar er was een vorm van vriendschap omdat we elkaar vertrouwden in onze zorgen om onze (klein)kinderen. Al wandelend denk ik aan haar kinderen die, net als ik, hun moeder nu veel te jong verliezen en aan haar kleinkinderen die zo graag bij hun oma waren. Dan loop ik via de Oude Norgerweg het dorp weer in en mijn gedachten vliegen weer naar praktische en meer banale zaken zoals wat ga ik eten vanavond. Thuisgekomen geef mezelf de opdracht dat ik weer elke dag moet gaan wandelen, al was het alleen maar omdat ik dan zo fijn en vrij kan denken.

  2-12-2022
 Els Windau, Henk

pagina terug