Nieuws

Kort overdwars column nr. 394

Aanrijding

Stom, stom, stom. Verwissel ik van baan in de rotonde Haarweg in Assen, knalt er een auto in mijn zijkant. Helemaal mijn schuld en een beetje van de wegbeheerder. De situatie is nogal onduidelijk omdat ze er bezig zijn. Er is een rijbaan afgesloten die zich vlak voor de rotonde weer splitst in twee banen. Ik wil de afslag richting Assen-Noord en Groningen hebben en ik let op die irritante richels die zorgen dat je in je baan blijft en let niet op wat er op die baan rechts van me gebeurt. Knal! Ik heb nog niet door dat het mijn schuld is, stap uit en begin tegen de jongeman te vloeken, waarop hij, op schreeuwende toon begint te argumenteren dat het mijn schuld is. Ik begin spontaan te janken en te hyperventileren. Paniekaanval. We staan midden in de spits op een nogal onhandig punt en ik weet niet wat ik moet doen. Ik wil maar één ding en dat is dat Erno, die ik net heb afgezet bij zijn werk, komt. Ik trek alles uit het dashboardkastje om een schadeformulier te zoeken die natuurlijk helemaal onderop ligt en vergeet terplekke waar de pennen liggen. De jongeman en ik maken elkaar excuses dat we in eerste instantie beide zo primitief reageerden. Erno neemt de telefoon pas na een kwartier steeds maar weer bellen op (hij zat toevallig niet op zijn plek) en komt samen met een collega meteen naar me toe. Hij zet me in de auto op de passagiersstoel en handelt het verder af met de vriendelijke jongeman van de andere auto. De schade lijkt mee te vallen maar later blijkt dat er een geheel nieuwe zijdeur in moet. Gelukkig is het ‘maar’ blikschade en zijn er geen gewonden gevallen. Toch ben ik de hele dag van slag door alles.

 16-09-2022
 Els Windau, Henk

pagina terug