Nieuws
Schoolreis 1914, deel 3-3
(vervolg) Meester H. Homan, hoofd der school in Zeijen vertelt:
Nu werd een wandeling gemaakt in N.richting over den dijk, voorbij de badinrichting en terug en daarna namen we afscheid van de zee en wandelden door Farmsum en Delzijl weer naar het station, behalve de gewone zorg gaven de leerlingen ons de geheelen dag geen moeite, alleen bemerkten we op deze wandeling, dat een jongen, die nogal aanleg heeft om effensief op te treden, op ’t punt stond een paar jeugdige Delzijlers onder handen te nemen, die zooals hij later verklaarde, hem niet wilden zeggen , hoe ze heetten. Tijdig kon dit worden voorkomen. Even later was tot onzen verbazing een jongen gewikkeld in een gevecht met een op straat loopende geit. Gelukkig liep dit voor beide partijen zeer onschuldig af. Intussen waren we weer bij het station gekomen en vertrokken om 5 uur. Ongeveer half zeven lieten we de kinderen uitstappen aan de halte en marcheerden ze door de N.-Stationsstraat naar ’t Plantsoen. Hier vonden ze het prachtig, vooral ’t bestijgen van de grootste hoogte. Nu wandelden we door de Westersingel, door Brugstraat en A-straat, langs de N.Z. Vischmarkt naar de Fransche Bazaar. Hier wilden ze verbazend graag in. Na ze tot bedaardheid en voorzichtigheid te hebben aangemaand, werd dit toegestaan. De geheele winkel werd bekeken, hier en daar werd iets gekocht en daarna aan treden op de Vischmarkt en ____ tellen. Allen aanwezig en nu door de Heerestraat, langs ’t Heerepark, over de brug en langs ’t Verbindingskanaal naar ’t Station gewandeld. Verschillende zaken konden in Gr. Nog worden opgemerkt, de mooie straten, winkels, pleinen, torens, beurs enz. Om kwart voor negen vertrok de trein, die ons naar Oudemolen bracht. Allen hadden zich de geheelen dag dapper gehouden. In de trein scheen Klaas Vaak soms aan vallen te doen. Toch konden de menschen in Oudemolen ons in de verte reeds hooren zingen, en bewijs, dat er nog wel moed in zat. Ook vonden ze ‘t erg leuk en nu eens bij duister in te zitten. Nu vlug uitgestapt en de wagens opgezocht en n aar Zeijen gereden, waar we om 10 uur ’s avonds aankwamen. De “buitenlui” werden afgehaald.
Alles te zamen was ’t een zeer leerzame, zeer genotvolle dag voor ’t jongen volkje “Nog mooier dan een schoolfeest” is de algemeene uitspraak.
Het H. d. Sch. Te Zeijen
H. Homan