Nieuws
Kort overdwars 19, een cursiefje door Els Windau
Stadse fratsen
Het is heerlijk wonen in Zeijen. Oorspronkelijk een wicht uit het westen, maar ik wil nooit meer terug naar Rotterdam of Den Haag. Waarom is het hier dan zo fijn wonen, wat is dat nu precies? Waarom voel ik me hier zo thuis? Zijn het de mensen? In willekeurige volgorde, niet volledig en zonder oordeel: boeren, allochtone Zeijenaren, partnerruilers, een drugsdealer, een ex-bajesklant, hulpbehoevende bejaarden, schooljuffen, werklozen, alcoholisten, uitkeringsgerechtigden, vreemdgangers, zwartwerkers, weduwen, weduwnaars, hondenbezitters die de stront opruimen, een rolstoeler, hondenbezitters die hun hond op je oprit laten schijten, pornokijkers, een man met pistool, Koerden, Adam en (binnenkort) Eva in groep 1, een Belgische, een kroegbaas, een bakker, autochtone Zeijenaren, autistische jongens, ADHD-ers, depressievelingen, vrolijke fransen, psychiaters, adoptiekinderen, een enkeling die zichzelf heel wat vindt, voetballers, beeldhouwers, kunstenaars, brokkenmakers, gescheiden stellen, getrouwden zonder kinderen, zorgzame types, alleenstaande moeders, huismannen, chronische zieken, huilbaby’s, hoogbegaafden, hooggevoeligen, alternatievelingen, traditionelen, rechtse figuren, linkse rakkers en zowat het hele alfabet aan LGBT, zoals daar zijn homo’s, hetero’s, transgenders en lesbiennes. Nog steeds zonder oordeel, het lijkt hier in het dorp weleens ‘goede tijden, slechte tijden.’ Iedereen maakt zijn persoonlijke keuzes, leeft zijn of haar eigen leven. Ik ken een gezin die dit dorp juist heeft gekozen als woonplek omdat er geen kerk is. De inwoners van Zeijen zijn een afspiegeling van de grote stad, van de hele maatschappij. Wat we hier extra hebben - naast de rust, de natuur en het vele groen - is een prettige vorm van tolerantie. Dorpelingen zonder stadse fratsen.